Banencijfers zeggen niet alles
07 apr 2006
Banencijfers zeggen niet alles
LEEUWARDEN – In Fryslân zijn tussen mei 2004 en mei 2005 bijna zestienhonderd banen verloren gegaan, het grootste banenverlies sinds zeker tien jaar. Dat blijkt uit de jaarlijkse werkgelegenheidsenquête van de provincie van Fryslân en de Kamer van Koophandel. De vraag is: wat zeggen de cijfers?
Met de werkgelegenheidsenquête worden alle bedrijven in Fryslân sinds 1978 jaarlijks geënquêteerd. De provincie en Fryslân en de Kamer van Koophandel kunnen op deze manier ontwikkelingen en verschuivingen goed analyseren. Uit de laatste enquête blijkt dat Fryslân 41.710 vestigingen van een bedrijf telt. Dat is inclusief alle eenmansbedrijven en nevenvestigingen van hoofdbedrijven.
Bolsward is een van de gemeenten die het vorig jaar wel goed heeft gedaan. Freek Wagt, bedrijvencontact-functionaris van de gemeente Bolsward wijt de forse groei in zijn gemeente (+ 140 arbeidsplaatsen) aan de goed draaiende wasserij Rentex/Floron en koffiebranderij en theehandel Drie Mollen. Bij die bedrijven zijn tientallen banen bijgekomen. Ook het feit dat de intergemeentelijke sociale dienst en het samenwerkingsverband ict voor gemeenten in de Zuidwesthoek in Bolsward zijn gekomen, is een verklaring voor de banengroei. Die is nog niet ten einde, voorspelt Wagt. “Binnenkort openen we hier achttien hectare nieuw bedrijventerrein (De Marne II, GB) en daarvoor bestaat veel belangstelling van bedrijven uit het Westen.”
Wymbritseradiel pronkt fier aan kop van de gemeentelijke banengroei, maar de groei is daar vooral van statistische aard. De overal in Fryslân actieve uitzendkrachten van het agrarische uitzendbureau AB Fryslân, de voormalige boerenhulp, zijn van Leeuwarden overgeschreven naar het hoofdkantoor in IJlst. Het verklaart gedeeltelijk ook het grote verlies aan banen in de landbouw. Vielen de ruim 250 banen voorheen nog onder de sector landbouw, nu zijn ze ondergebracht in de sector zakelijke dienstverlening.
“Maar wij halen wel nieuwe bedrijven binnen”, zegt gemeente-ambtenaar Jan de Jong. Hij wijst op botenbouwer Antaris in Woudsend en het vandaag geopende bedrijventerrein It Skou in Heeg, waar de projectleider binnen enkele jaren driehonderd banen wil realiseren.
Bij de verliezers voert het kleine Vlieland de ranglijst royaal aan. Het heeft heel veel te maken met de afloop van de laatste activiteiten van het voormalig cavalerie schietterrein de Vliehors. Van de grotere gemeenten incasseerde Weststellingwerf de grootste klappen. Er gingen in de gemeente 146 banen verloren in de industrie en 140 in de bouw. Bedrijvencontactmanager Jan Oostenbrink van de gemeente Weststellingwerf trekt de cijfers in twijfel. “Het vertrek van BAM heeft de bouw 25 arbeidsplaatsen gekost, maar de rest is niet te verklaren. Als het waar is, gebruiken we al vijf jaar de verkeerde cijfers.”
Het banenverlies in de industrie is van tijdelijke aard, vervolgt Oostenbrink. Zo heeft Friesland Foods in verband met de ombouw naar nieuwe verpakkingslijnen de werkgelegenheid overgeheveld naar onder meer Drachten en Meppel. Die komen binnenkort terug. “Daar waar in Wolvega nu honderd minder personen werkzaam zijn bij Friesland Foods, zijn straks 190 mensen actief.”
Het forse banenverlies in de landbouw blijkt gedeeltelijk van statistische aard. Maar ook zonder de overschrijving van de boerenhulp van de landbouw naar de zakelijke dienstverlening zijn er bijna vijfhonderd banen verdwenen in de landbouw. Het banenverlies blijft volgens beleidsadviseur Piet Boomsma van de Kamer van Koophandel opvallend. “Over tien jaar is het aantal banen met 11 procent afgenomen, het laatste jaar was de daling 4,9 procent. Dat is een héle forse daling.” Een verklaring heeft Boomsma daar een-twee-drie niet voor.
Hoewel er tussen mei 2004 en mei 2005 1566 van de 219.061 banen in Fryslân verloren zijn gegaan (een verlies van 0,7 procent), is het aantal werkzoekenden in die periode juist licht afgenomen (met 211, oftewel 0,7 procent). “Mensen worden ouder. Een deel van de mensen zoekt niet meer een baan. Een andere fenomeen is dat jongeren langer op school blijven of ervoor kiezen huisvrouw te worden in tijden dat er wat minder aanbod is”. Legt Boomsma uit.
Op dit moment zijn er volgens Boomsma allerlei tekenen dat de arbeidsmarkt weer aantrekt.
Bron: Friesch Dagblad (07-04-2006)
