Steeds meer Friezen hebben baan
Steeds meer Friezen hebben baan
LEEUWARDEN - Steeds minder Friezen zijn werkloos, zegt het Centrum voor Werk en Inkomen. Naast dat goede nieuws trad het CWI gisteren ook naar buiten met sombere berichten voor Fryslân. Zo komen ouderen niet aan een baan en dreigen veel laagopgeleiden hun baan in de toekomst te verliezen.
Dat blijkt uit het Arbeidsmarkt Journaal Noord van het CWI. Daarin beschrijft het voormalige Arbeidsbureau de ontwikkeling in werkloosheid en vacatures van het afgelopen jaar.
In Fryslân zijn momenteel 24.462 werklozen ingeschreven bij het Centrum voor Werk in Inkomen. Dat is bijna 14 procent minder dan drie jaar geleden. Fryslân doet het daarmee beter dan de andere noordelijke provincies. Drenthe telde bijna 13 procent minder werklozen, de provincie Groningen zag het aantal mensen dat ongewild zonder baan zat met bijna 10 procent omlaag gaan. Daarmee is tevens een trend doorbroken volgens het CWI, omdat sinds begin jaren negentig Drenthe procentueel de minste werklozen kende. Die positie is sinds vorig jaar door Fryslân overgenomen. Fryslân heeft nog wel iets meer werklozen dan het landelijk gemiddelde.
Opvallend is ook dat het werkloze ouderen niet lukt om aan een baan te komen. Waar het aantal jongeren zonder werk volgens het CWI is gehalveerd, is het aantal ouderen zonder baan niet afgenomen. Het CWI wijt dat aan een verkeerde ‘beeldvorming’ en probeert die in het rapport te weerleggen. ,,De oudere werknemer zou duur zijn. De meeste werknemers bereiken echter voor hun vijftigste al het maximum van hun loonschaal”, schrijft het CWI. ,,Ouderen zouden vaker ziek zijn, maar aangetoond is dat ze zich juist minder vaak ziek melden. Als ze ziek zijn is de gemiddelde ziekteduur wel wat langer.” Volgens het CWI moet dat beeld snel bijgesteld worden ,,In de nabije toekomst zal een steeds groter beroep op deze doelgroep gedaan moeten worden.”
Hoewel het behalve voor de ouderen in het Noorden rozengeur en maneschijn lijkt op de arbeidsmarkt, ziet het CWI de toekomst niet zonnig in. Dat komt doordat er gemiddeld meer mensen zijn met een middelbare of lage opleiding. ,,Noord-Nederland is simpel gezegd het mbo-land”, aldus het rapport. Dat komt omdat het Noorden in tegenstelling tot de rest van het land nog bezig is met de omslag naar een grotere dienstensector.
,,Dit betekent dat met name de (maak-)industrie in de nabije toekomst geconfronteerd wordt met enerzijds het afstoten van laag opgeleid personeel, maar anderzijds met een upgrading van zittend personeel. Dit laatste is noodzakelijk om mee te kunnen gaan in de innovatieslag.” Om dit proces goed te begeleiden, moeten volgens het CWI de handen ineen geslagen worden. Dat wordt al gedaan met een ‘doe-agenda’ met acht verbeterpunten op het gebied van onder meer opleiding en ouderen en het stimuleren van zelfstandig ondernemerschap.
Bron: Friesch Dagblad (19-12-2006)