Utrechters: Friezen pas veel later een volk
21 aug 2005
Utrechters: Friezen pas veel later een volk
LEEUWARDEN - 'De Friezen' bestaan nog maar acht eeuwen, zo beweren geleerden van de Universiteit Utrecht. Ze bestrijden daarmee het traditionele beeld van historici dat de Friezen als groep al zo'n 2000 jaar bestaan. Paul Noomen van de Fryske Akademy houdt het op 1300 jaar.
Wolfert van Egmond en twee andere kenners van de middeleeuwse geschiedenis uit de Domstad hanteren de 'lange dertiende eeuw' als grens. Die periode begint rond 1150 en omvat het begin van de Friese vrijheid (1250-1500). In die lange eeuw kwam bij de lokale aristocratie het besef op dat het beter was om met zijn allen de machtige heersers van buiten ook echt buiten te houden.
Vóór 1150 stond de term 'Friezen' slechts voor de brede groep noorderlingen die niet onder de Romeinen of later de Franken viel, aldus de Utrechters. De mensen in onze streken zagen zichzelf toen niet als een volk. Woorden als Frisia werden alleen door buitenstaanders gebruikt.
Paul Noomen, ook een deskundige op dit gebied, vindt dat Van Egmond en de zijnen wat te veel wegpoetsen. Hij neemt grofweg de achtste eeuw als grens. Toen waren er al handelswijken van Friezen in Duitse en Engelse steden en bestond de Friezenkerk bij de Sint Pieter in Rome al. Daaruit blijkt dat de Friezen niet alleen in de ogen van anderen een groep waren, zegt hij.
Bron: Leeuwarder Courant (21-08-2005)