Wetterskip Fryslân discussieert met agrariërs over verzilting
02 jun 2005
Wetterskip Fryslân discussieert met agrariërs over verzilting
Er moet meer duidelijkheid komen welke maatregelen de verziltingproblematiek in het noorden van Fryslân kunnen tegengaan. Dat werd gisteravond in Franeker duidelijk tijdens een discussie over verzilting, die werd georganiseerd door Wetterskip Fryslân. De ruim twintig aanwezige agrariërs willen helder in beeld hebben hoe kan worden voorkomen dat het water in de sloten te zout wordt. De boeren toonden zich bereid met het waterschap mee te denken over mogelijke oplossingen.
Verzilting is een toenemend probleem langs een groot deel van de Friese kuststrook en ook verder landinwaarts in de omgeving van Franeker. Het chloridegehalte van het oppervlaktewater is in veel gebieden te hoog, wat de teelt van zoutgevoelige gewassen bemoeilijkt. De verzilting van de landbouwgrond wordt onder andere veroorzaakt door een stijgende zeespiegel, een dalende bodem en zout grondwater.
In 2002 heeft voormalig Wetterskip De Waadkant een studie gedaan naar de mate van verzilting van deze gebieden en mogelijke oplossingen aangedragen, die zijn weergegeven in kansenkaarten. Naast effectbestrijding in de vorm van verschillende doorspoelvarianten, wordt als oorzaakbestrijding daarin ook het verhogen van peilen genoemd. Dit staat echter op gespannen voet met de huidige droogleggingwensen vanuit de landbouw. Vandaar dat Wetterskip Fryslân graag van gedachten wilde wisselen met landbouwers en deskundigen over welke prioriteiten er ten aanzien van verziltingbestrijding in het noordelijke kleigebied gesteld zouden moeten worden.
Wetterskip Fryslân is te rade gegaan bij andere waterschappen en landbouworganisaties om voorbeelden van (hoogwaardige) landbouw in verzilte kleigebieden en maatregelen tegen verzilting te vinden. Voorbeelden van de aanpak werden gisteren gepresenteerd. Verder gaven deskundigen van hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, universiteit Wageningen en TNO een technische toelichting op de problematiek.
De akkerbouwers en veehouders zeiden dat ze natuurlijk het liefst zien dat Frisia Zout stopt met zoutwinning, zodat de toekomstige bodemdaling van 30 centimeter in het tweede concessiegebied niet plaatsvindt. Ondanks de herstelwerkzaamheden van de waterhuishouding door het waterschap in het eerste zoutwinningsgebied rondom Sexbierum, is de landbouwsituatie volgens de boeren in vergelijking met de periode voor de zoutwinning verslechterd. ,,Toenemende verzilting door de waterspiegelstijging kunnen we accepteren, door het winnen van zout niet’’, aldus een van de akkerbouwers.
De boeren willen dat het waterschap doorgaat met het doorspoelen van zoet water in het zilte kleigebied. Het werd ook duidelijk dat het verhogen van het waterpeil om de druk van kwelwater tegen te gaan, een discussiepunt is. Verder moet er op perceelsniveau een onderzoek komen naar de aanwezigheid van waterlenzen, zoetwaterlagen onder het perceel.
Deze voorraad van zoet water is belangrijk voor de groei van gewassen. Een andere mogelijkheid die de aanwezigen naar voren brachten om voldoende zoet water in het zilte gebied te krijgen, is het uitkopen van akkerbouwbedrijven en de grond hiervan te gebruiken voor wateropslag. Frisia zou voor de kosten hiervan moeten opdraaien. Wetterskip Fryslân gaat de uitkomsten van de discussieavond gebruiken voor verdere studie naar verziltingbestrijding en de waterhuishoudkundige inrichting van het bodemdalinggebied.
Bron: Wetterskip Fryslân (02-06-2005)