Zorgnetwerk voor stervenden
19 apr 2005
Zorgnetwerk voor stervenden
Harlingen – Zorginstellingen in Fryslân gaan samenwerken op het gebied van palliatieve zorg. Het doel is om de kwaliteit van de hulp aan ongeneeslijk zieken die niet lang meer te leven hebben, te verbeteren.
Tot nu toe hebben zorginstellingen elk hun eigen manier van werken met terminale zorg, terwijl ze veel aan elkaar zouden kunnen hebben.
Tot nu toe hebben zorginstellingen elk hun eigen manier van werken met terminale zorg, terwijl ze veel aan elkaar zouden kunnen hebben.
Dat zegt de provinciaal coördinator van het samenwerkingsproject, W. Hoek. "Netwerken is de boodschap, met als doel de patiënt zo optimaal te kunnen doorverwijzen.”
Volgens Hoek moeten patiënten die niet lang meer te leven hebben, te vaak hun hele verhaal vertellen, voordat ze bij een andere hulpinstelling terecht kunnen. "Iemand die ongeneeslijk ziek is, hoort dat meestal van een specialist. Die zegt dan ‘ik kan niets meer voor u doen’. Hij bedoelt echter dat hij niets meer kan doen om de patiënt beter te maken. Op gebied van pijnbestrijding, psychologische en spirituele hulp is echter nog van alles mogelijk.”
Belangrijkste winstpunt van de samenwerking is dat organisaties van elkaar leren wat er mogelijk is. "Tot dusver gebeurt het nog geregeld dat stervenden lang in het ziekenhuis blijven, omdat de medewerkers daar niet weten wat de mogelijkheden voor de thuiszorg op palliatief gebied zijn. Als ze wel op de hoogte waren geweest had de patiënt veel eerder naar huis of naar een hospice gekund’’, vertelt Hans Konst, voorzitter van het netwerk en verpleeghuisarts in De Batting in Harlingen.
De zorginstellingen gaan per regio samenwerken. Het eerste netwerk dat wordt opgezet is Noordwest-Fryslân, het werkgebied van ziekenhuis MCL. Volgende week wordt het samenwerkingscontract ondertekend. De andere Friese ziekenhuizen volgen zo snel mogelijk met hun eigen netwerk.
De samenwerkingsverbanden zijn van overheidswege opgelegd. In een rapport van de commissie Beelaerts van Blokland (in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid) werd in 2001 geleden gesteld dat het niet goed is dat alle organisaties zelfstandig de zorg aan ongeneeslijk zieken regelen. Via het Integraal Kankercentrum Noord-Nederland is subsidie voor de projecten in Fryslân vrijgemaakt.
In het netwerk wordt ook de positie van mantelzorgers beter geregeld. "Nu worden vrijwilligers wel eens in gezet als vervanging van de professionele zorg. Dat moet niet. Daarmee wordt het ook ‘eng’ om vrijwilliger bij een hospice te zijn. De taken van de vrijwilligers worden nu duidelijk omschreven’, zegt Konst. Het samenwerkingsverband werkt verder aan het opstellen van een vraagbaak over palliatieve zorg.
"Als een zorgmedewerker iets wil weten over middelen tegen pijn of misselijkheid kunnen ze daar terecht en krijgen ze ook antwoord van een ander lid van het samenwerkingsverband’’, aldus Konst. Het is ook de bedoeling dat er een cursus wordt opgezet voor de medewerkers van de verschillende organisaties.
In Noordwest-Fryslân zijn de samenwerkende partijen stichting terminale thuiszorg Harlingen, Franeker, thuiszorg het Friesle Land, Vrijwilligers Terminale Zorg Noordwest-Friesland, zorggroep Noorderbreedte, het Provinciaal Patiënten/Consumenten Platform Friesland de huisartsenvereniging Noord-Friesland, stichting Palet en stichting Palla.
Bron: Friesch Dagblad (19-04-2005)